
Een bericht dat me niet meer loslaat: in Tennessee is een 27-jarig embryo ingebracht in de baarmoeder van Tina Gibson, een 28-jarige vrouw, en na negen maanden is het kindje gezond ter wereld gekomen. Ze noemen haar Molly. Molly heeft al een ouder zusje: een embryo dat op haar 24e is ingeplant.
Het gaat om twee embryo’s die in de reageerbuis zijn bevrucht, daarna door de biologische ouders zijn afgestaan en door artsen zijn ingevroren. Ben en Tina Gibson hebben de embryo’s geadopteerd. Gelukkig is de elektriciteit in het ziekenhuis niet uitgevallen.
De rekenkunde schiet hier tekort. Moeder Tina was één jaar toen het embryo dat dochter Molly zou worden werd bevrucht. Toch is Tina nu een volwassen vrouw en Molly een pasgeboren baby. Het is dan ook gek om te spreken over een 27-jarig embryo, want bij zo’n leeftijd stellen we ons 27 jaar groei en bloei voor. Terwijl een ingevroren embryo biochemisch volledig stilstaat. Een ingevroren embryo heeft in feite een statische leeftijd van min negen maanden; die negatieve leeftijd begint pas terug te lopen in de richting van de nul als ze naar een baarmoeder is overgebracht en kan gaan groeien. En natuurlijk eerst wel ontdooid.
Gelooft u in de ziel? Als een ingevroren embryo al vanaf de bevruchting bezield is, wordt de ziel dan mee ingevroren? Wat doet een ziel die 27 jaar in bevroren toestand doorbrengt – droomt die? Dat kan moeilijk, zou je zeggen, want er zijn nog geen lichaamscellen die zich hebben gespecialiseerd tot hersenen, maar ik kan me voorstellen dat een embryo embryonaal droomt, met heel eenvoudige belevenissen. Of dat de ziel buiten het lichaam droomt, en dan hoeft het niet zo eenvoudig te blijven. Zo’n embryo heeft dan bij de geboorte al een oude ziel.
En ik weet niet of het wereldritme verandert met de tijd, en of het dan wel juist is om een embryo pas 27 jaar na de bevruchting de kans te geven om tot leven te komen, als het wereldritme is veranderd. Eigenlijk weet ik niet of er zoiets bestaat als een wereldritme. Ik heb het woord zojuist bedacht, maar het voelt eigenlijk alsof het al bestaat en ik het zojuist alleen maar heb ontdekt. Ik ga met mezelf nog een boom opzetten of “aardritme” niet een beter woord is.
Je kunt je ook allerlei praktische gevallen voorstellen. Stel, een vrouw heeft een genetische aandoening waardoor haar eicellen vroegtijdig onvruchtbaar worden. Nu kan zij, voordat die ziekte toeslaat, eicellen laten uitnemen om ze op een later moment in de reageerbuis te laten bevruchten (misschien wil ze met dat laatste wachten tot ze een vaste partner heeft). Een van de embryo’s kan ze laten inbrengen, zodat daar een dochter uit voortkomt. Maar die dochter heeft misschien ook die erfelijke aandoening, misschien nog wel op jongere leeftijd. Dan kan de moeder een tweede embryo alvast bevroren klaarzetten om daar haar dochter mee te bezwangeren.
Bent u er nog? Dan begrijpt u dat die dochter zwanger wordt van haar eigen zusje. Help!