(Deze blog is geschreven voordat Omtzigt en Hoekstra met elkaar overlegden over de opvolging. De tekst is ongewijzigd.)
Hugo de Jonge is gestopt als lijsttrekker. Iedereen is vol begrip voor dit verstandige besluit, maar de partijtop zal hem dit nooit vergeven. De Rotterdamse doener heeft zich zwak getoond op een ongelukkig moment. Het lijkt me einde carrière voor Hugo.

Maar wie gaat hem opvolgen? Nou, de nummer 2 in ieder geval niet. Liever wijst het partijbestuur iemand aan die helemaal niet op de lijst staat: bijvoorbeeld Wopke Hoekstra. Nummer 2 komt namelijk nooit op één.
Ronald Plasterk, inmiddels ex-politicus, heeft eens uitgelegd hoe dat zit. Dat was in 2001, hij moest toen zelf nog politicus worden en had dus nog een scherp oordeel. Op de CDA-kandidatenlijst stond op de eerste plek Jaap de Hoop Scheffer, maar die viel weg in een wat knullig tweegevecht met de partijvoorzitter. Wie volgde hem op? Dat was Jan Peter Balkenende. Die stond namelijk op plaats 3. Naar plek 2 (Maria van der Hoeven) werd niet eens omgekeken. Dat komt, legde Plasterk uit, omdat het op de lijst gaat om de oneven nummers. Op de even plekken stonden vrouwen, want dat stond wel vrouwvriendelijk, maar als het erop aan kwam, deden ze niet mee.
In 2012 probeerde Plasterk, inmiddels zelf politicus, zijn eigen wet toe te passen. Job Cohen, de PvdA-lijsttrekker van 2010, trad in 2012 af als fractievoorzitter. Plasterk, de nummer drie op de kandidatenlijst, wilde hem wel opvolgen. De nummer twee op de lijst, Nebahat Albayrak, was vooral nummer twee geworden omdat ze vrouw en allochtoon was, want bij de daarna uitgeschreven ledenraadpleging kwam zij er niet aan te pas (ze haalde 8%). Plasterk greep er ook net naast (32%). Duidelijke winnaar was Diederik Samsom (54%). Hij was de zevende op de kandidatenlijst, ook een oneven nummer, dus geen vrouw en niet allochtoon.

En nu, in 2020, is de nummer 2 op de CDA-lijst kansloos. Pieter Omtzigt heeft bij de ledenraadpleging vrijwel evenveel stemmen gekregen als De Jonge. Hij is een principieel, kritisch en effectief volksvertegenwoordiger, die zich heeft vastgebeten in de toeslagenaffaire. Een parel voor de democratie en een goeie stemmentrekker, want hij is “authentiek” (een woord dat zijn authenticiteit nog net niet heeft verloren). En zo kritisch is hij toch ook niet: hij heeft zich vrij vlot neergelegd bij een nogal rommelig ledenreferendum; Trump zou er tien jaar op hebben geteerd.
Maar hij past niet bij de bestuurderspartij die het CDA nog steeds is: hij is teveel gericht op de inhoud, hij is te serieus en hij spreekt teveel vanuit de burger (bij het CDA tellen burgers alleen mee als ze boeren zijn en op hun trekker de deuren van het provinciehuis rammeien). Liever verliest het CDA de verkiezingen met een kleurloze compromissensluiter dan dat ze wint met iemand die ergens voor staat. Pieter Omtzigt is trouwens ook de ene helft van een tweeling en dus echt de eeuwige nummer twee. Nummer twee doet niet mee.
