Mei 1940: de Duitsers vallen ons land binnen, koningin Wilhelmina vlucht halsoverkop per torpedoboot uit Hoek van Holland naar Londen, de ministers reizen haar na. Dramatische gebeurtenissen.
Na de tragedie volgt altijd de komedie. De minister-president, jonkheer De Geer, klimt in Londen uit de torpedoboot en maakt zijn opwachting op 10 Downingstreet, de ambtswoning van de Britse premier. Historisch moment? Bij de deur begroet De Geer zijn ambtgenoot met: “Goodbye, Mister Churchill,” waarop de ander verbaasd reageert met “Leaving already?” Het was geen ironie, Churchill begreep het echt niet. Ach, begrepen wij elkaar maar wat vaker.
In 1967 zongen de Beatles het nummer Hello, Goodbye met de telkens herhaalde regels:
“Hello, hello. I don’t know why you say goodbye, I say hello.”
Later legde Paul McCartney uit dat het nummer gaat over dualiteit, tegenstellingen. Ja en nee, zwart en wit, hallo en tot ziens.
Bij die ontmoeting in 1940 was Churchill de komende man – hij was koud 25 dagen premier, zou Engeland vijf jaar lang leiden in de zware strijd tegen de Duitse oorlogsmachine, en zou uitgroeien tot de meest gerespecteerde Britse staatsman ooit. De Geer was de vertrekkende man. Twintig jaar lang was hij een toonaangevend politicus, die nog in 1939 zoveel gezag had dat hij een uitzichtloze politieke crisis oploste door in zes dagen een kabinet te formeren. Maar in mei 1940 miste hij bijna de boot naar Engeland. Hij zag er weinig heil in om de oorlog voort te zetten en zou al snel – in september 1940 – door Wilhelmina aan de kant worden geschoven. Zij had meer vertrouwen in de energieke Gerbrandy. In 1941 reisde jonkheer De Geer, tegen alle instructies van Gerbrandy in, terug naar het bezette Nederland.
En een jaar later, toen de Duitse krijgskansen al aan het keren waren, schreef hij een brochure waarin hij aan alle strijdende partijen voorstelde de vijandelijkheden te staken en met een verstandige regeling te komen. Want met die Duitsers kon je wel zaken doen. Die brochure was door de Duitse regering gecontroleerd en mocht bovengronds verschijnen. Hij kreeg de bijnaam “jonk de G, zonder heer en zonder eer”.
Toch was de opvatting van De Geer in 1941 niet heel vreemd. Hij redeneerde dat Engeland, na de nederlaag van Frankrijk, alleen stond tegenover het onoverwinnelijke Duitse leger. Engeland kon met geen mogelijkheid winnen, Duitsland wel. Wat had doorvechten dan voor zin? Ook toen Duitsland in juni 1941 de Sovjetunie binnenviel, veranderde dat niet zo veel: de meeste militaire deskundigen dachten dat de Russische legers voor de winter verslagen zouden zijn. Dan zou Duitsland het continent compleet domineren. Engeland kon maar beter eieren voor zijn geld kiezen, dacht De Geer. Tja, Wilhelmina en Gerbrandy, en ook Churchill, dachten daar heel anders over, maar die hadden de feiten tegen.
Men ziet hier dat defaitisme niet altijd het antwoord is. Je kunt opgeven omdat de feiten hopeloos lijken, maar je kunt ook koppig doorvechten tegen beter weten in - als je maar een vechtsnor hebt. En aan de domme keus van mensen als Churchill, Gerbrandy en Wilhelmina hebben we nu onze vrijheid te danken.
Comments