top of page

Talent als last


Vertalen is niet altijd makkelijk. Vooral niet als een tekst al eens vertaald is. Die vertaling kan dan hinderlijk in de weg zitten.

In het Nieuwe Testament vertelt Jezus een verhaal dat bekend staat als de gelijkenis van de talenten. Een talent was in Jezus’ tijd een gewicht van zo’n dertig kilo aan zilver – een wat moeilijk te vervoeren munt. “Talent” betekent dan ook letterlijk “last”. De gelijkenis gaat over een meester die aan zijn drie knechten elk een aantal van die talenten geeft, met de opdracht om die te vermenigvuldigen. De meester komt terug en hoort hoe het de knechten is vergaan. Eén knecht, die vijf talenten kreeg, heeft zijn kapitaal flink vergroot. De tweede, die wat minder kreeg, heeft ook wel wat bijverdiend. Maar de derde begroef zijn ene talent en is dus niet rijker geworden – maar ook niet armer, heeft hij waarschijnlijk nog gezegd. De eerste wordt breeduit geprezen, de derde knecht is de lapzwans die maar eens aan het werk moet. Als durfkapitalist of zo.

In de traditionele uitleg van dit nogal materialistische verhaal heeft het woord “talent” een overdrachtelijke betekenis gekregen: het gaat om een aangeboren waardevolle eigenschap die je kunt ontwikkelen – kortom, een talent in de huidige betekenis. Vandaar ook de uitdrukking “woekeren met je talenten”. De oorspronkelijke betekenis “last” is onbekend.

Daar heb je bij het maken van een nieuwe Bijbelvertaling een flinke puzzel: als je “talent” vertaalt met “talent”, vertaal je wel letterlijk wat er staat, maar wat je meevertaalt is eeuwen van interpretatie van het verhaal – interpretatie die zo sterk is gevestigd dat hij zich als een paard van Troje heeft genesteld in de Nederlandse taal. Toch is dat waar ongeveer elke Bijbelvertaler voor kiest. Maar waarom “talent” niet afstoffen en het vertalen met “goudschat”, waarbij de rijkste dienaar 100 kilo krijgt en de armste 20? Dan kan je als lezer tenminste weer zelf bedenken wat Jezus met die goudschat bedoeld kan hebben.

Net zoiets: de derde symfonie van Beethoven, de Eroica, was in zijn tijd revolutionaire muziek, hij bevatte klankeffecten die niet eerder waren vertoond. Bij de première liepen er mensen weg, omdat ze het niet konden aanhoren. In onze oren, die kennis hebben kunnen maken met Wagner en Stravinsky, maar ook uitgewoond zijn door acid house en dead metal, is dat oorverscheurende effect niet meer op te roepen. Beethoven is nu vertrouwd, zelfs traditioneel. Het effect van de oeruitvoering van de Eroica is niet meer op te roepen.

Ook hier, net als bij de gelijkenis van de talenten, is de last van eeuwen niet meer af te schudden, de muziek heeft zijn verrassingseffect definitief verloren. Wij torsen die last met ons mee.


Volgende keer: hoe vertaal je Mad Hatter en March Hare in Alice in Wonderland?

37 weergaven

Kommentarer


Schrijf een reactie aan Christiaan...

Bedankt voor de inzending!

bottom of page